Nederland vrij van uitlaatgassen in 2050, dat is de ambitie van het kabinet. En als het aan staatssecretaris Heijnen (Infrastructuur en Waterstaat) ligt, maken we vaart met de verduurzaming van de mobiliteit. De nieuwe regelgeving die volgend jaar ingaat, moet ervoor zorgen dat we in 2030 al 1 megaton minder CO2-uitstoot realiseren. Wat betekent dit voor werkgevers?
Meer thuiswerken, minder onderweg
Verkeer is verantwoordelijk voor ongeveer 20% van de CO2-uitstoot in Nederland en speelt dus een belangrijke rol bij de terugdringing van broeikasgassen. Door het woon-werkverkeer en zakelijk verkeer van grote bedrijven aan te pakken, kan een behoorlijke slag gemaakt worden. Tijdens de coronacrisis hebben we al gezien dat het anders kan. Doordat veel mensen zijn gaan thuiswerken, was er beduidend minder woon-werkverkeer en daar vaart het klimaat wel bij.
In het Klimaatakkoord is de afspraak gemaakt dat grote werkgevers (met meer dan 100 werknemers) een norm krijgen opgelegd om hun woon-werkverkeer en zakelijke verkeer schoner te maken. In Nederland zijn er ongeveer 8.000 organisaties met 100 of meer werknemers. Ruim 60% van alle werknemers werkt daar.
Eerst een collectief plafond
Werkgeversorganisaties vinden een verplichte individuele norm per onderneming te ver gaan. Ze hebben er bij staatssecretaris Heijnen (Infrastructuur en Waterstaat) op aangedrongen eerst uit te gaan van een collectief plafond.
De staatssecretaris heeft hiermee ingestemd. Echter, onder de strikte voorwaarde dat organisaties jaarlijks de precieze gegevens aanleveren over hun woon-werk- en zakelijke verkeer. Denk aan het aantal gereisde kilometers per auto gespecificeerd naar brandstofsoort. Blijkt daarna dat de uitstoot voldoende afneemt, dan kan een individuele norm per onderneming achterwege blijven. Zo niet, dan komt de norm er alsnog.
Privacy geborgd, administratieve last valt mee
Een vraag die opkomt, is: hoe zit het met de privacy van werknemers? Je gaat immers data verzamelen. Die privacy is geborgd doordat werkgevers alleen gegevens van de gehele organisatie rapporteren, dus niet van individuele werknemers.
Ook de administratieve last blijft laag, stelt de staatssecretaris. Immers, veel werkgevers hebben de gevraagde gegevens al in huis, als onderdeel van de mobiliteitsregelingen. Werkgevers bij wie dat niet het geval is, ontvangen via een digitaal platform van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat de instrumenten die nodig zijn om te rapporteren.
Overige effecten van meer thuiswerken/hybride werken
Hoe groot het effect van deze regelgeving is op de ambitieuze klimaatdoelstellingen, is op dit moment nog niet te zeggen. Zeker is dat de maatregel het thuiswerken, dan wel hybride werken, verder zal stimuleren. Dit heeft zowel voor- als nadelen.
Minder reizen kan voor de werknemer betekenen dat hij of zij meer vrije tijd overhoudt en meer balans tussen werk en privé gaat ervaren. Echter, ook het omgekeerde is denkbaar. Omdat de grens tussen werk en privé vervaagt, kan een werknemer het gevoel hebben altijd bereikbaar te moeten zijn. Zo kan de werkdruk toenemen. Ook kan minder ‘live’ samenzijn met collega’s ten koste gaan van de behoefte aan sociaal contact of het teamgevoel en is het voor een werkgever moeilijker die signalen op te pikken.
Naast gevolgen voor de werknemer, is het van belang goed te kijken wat de gevolgen zijn van thuiswerken/hybride werken voor de werkgever, vooral als het gaat om de zorgplicht. Mijn collega Sandra van Haren schreef hier al een interessant blog over.
(Foto: Kathy, via Unsplash)